afbeelding verkleind 3.0

‘Ik wil niet alleen schrijven over misstanden, maar ook echt iets veranderen’

28 september 2023

‘Ik wil niet alleen schrijven over misstanden, maar ook echt iets veranderen’

Als onderzoeksjournalist bracht ze grote misstanden aan het licht. Daarvoor mocht ze twee bijzondere prijzen in ontvangst nemen. Voor de liefde verhuisde ze in 2022 vanuit Colombia naar Nederland. Ze bracht haar journalistieke ambities met zich mee. Tijd voor een goed gesprek met Éel María Angulo Hernández (32).

Hoe ben je in Nederland beland?

‘Ik werk als journalist voor de televisiezender France 24. In 2017 kwam ik voor een reportage in contact met Sapa Pana Travel. Dit reisbureau organiseert vanuit Nederland reizen op maat naar Zuid-Amerika. Ik maakte kennis met Johan van Rijswijck, de eigenaar. Het werd niet alleen een interessante reportage, maar ook het begin van een romance. We kregen een relatie en zijn nog altijd samen. In februari 2022 ben ik voor hem naar Nederland gekomen.’

Voor je vertrek had je in Colombia al naam gemaakt als onderzoeksjournalist. Zo heb je onder andere onderzoek gedaan naar loodwinningsbedrijven. Kun je daar meer over vertellen?

‘Ik heb inderdaad negen jaar onderzoek gedaan in La Bonga, een klein dorp in het noorden van Colombia. Daar waren een aantal bedrijven actief in het winnen van lood uit autobatterijen. In dat proces kwamen allerlei vervuilende, ongezonde stoffen vrij, direct in de leefomgeving van de lokale bevolking.’

Wat voor gevolgen waren er voor de mensen in het dorp?

‘Zeven dagen per week, tien uur per dag en dat tien jaar lang: de uitstoot van chemische stoffen was gigantisch en continu. De gevolgen waren dan ook groot. In het dorp kregen veel mensen problemen met de luchtwegen. De sterftecijfers lagen hoog en veel kinderen konden – letterlijk – niet praten. Het was moeilijk om er onderzoek naar te doen. Publieke informatie bestaat in Latijns-Amerika eigenlijk niet, dus het was lastig om betrouwbare bronnen te vinden. Bovendien ben ik als journalist bedreigd en kregen de nabestaanden van slachtoffers zwijggeld betaald.’

Desondanks heb je doorgezet en mede daardoor zijn verschillende bedrijven nu gesloten, toch?

‘Klopt. De publiciteit heeft geholpen om het probleem zichtbaar te maken. De loodwinningsbedrijven zijn nu gesloten en de situatie is verbeterd. Toch wil dat niet zeggen dat alle problemen ineens voorbij zijn. Veel kinderen hebben helaas gezondheidsproblemen en dat is heel treurig.’

Dit onderzoek heeft jou als journalist erkenning gebracht. Kun je daar meer over vertellen?

‘Voor dit onderzoek heb ik inderdaad de Simón Bolívar Journalism Award in ontvangst mogen nemen. Dat is de belangrijkste journalistieke prijs van Colombia. We hebben het onderzoek vertaald naar een documentaire getiteld Lood, onzichtbaar gif. Voor die documentaire kregen we ook een prijs: de Ibero-American Journalism Award van de Spaanse koning (categorie milieujournalistiek). En binnenkort verschijnt er ook een boek over dit onderwerp: Het dorp dat niet kon ademen.’

Ook in Nederland werk je als journalist. Wat doe je precies?

‘Ik ben correspondent voor France 24. Vanuit die rol maak ik vanuit Den Haag televisiereportages over internationale ontwikkelingen, bijvoorbeeld over de oorlog in Oekraïne. Die reportages zijn in het Spaans, maar natuurlijk is het wel handig om dan ook Nederlands te kunnen spreken.’

Is dat voor jou de belangrijkste reden om voor een taaltraining te kiezen?

‘Voor mijn carrière is het inderdaad goed om Nederlands te leren, maar daar gaat het niet alleen om. Ik wil ook een gesprek kunnen voeren met bijvoorbeeld mijn schoonfamilie. Dat kon niet toen ik hier net was en dat vond ik moeilijk. Hoe beter ik de taal leer, hoe meer ik me hier thuis voel.’

Je hebt groepstraining gevolgd. Kun je iets vertellen over je leerervaringen?

‘Ik heb deelgenomen aan de Summer Course: drie keer per week les, naast huiswerk. Een intensief programma dus, maar dat levert wel resultaat op. Het systeem van STE bevalt me prima. De taaltrainers zijn goed en het gaat verder dan een praatje bij de supermarkt. Hier heb ik echt iets aan, ook voor mijn werk als journalist.’

Wanneer merkte je voor het eerst dat je het Nederlands begon te begrijpen?

‘Dat was toen mijn schoonmoeder kwam te overlijden. In Colombia wordt iemand een dag na het overlijden al begraven, maar in Nederland kan dat zo 5-6 dagen duren. In die periode is het contact met de familie heel intens. Het is een bijzondere periode waarin je samen rouwt. Het is heel fijn als je dan écht contact kunt maken.’

Hoe ziet je leven er over tien jaar uit?

‘Ik reken erop dat ik dan nog steeds in Nederland woon, want dit is nu mijn tweede thuisland. Verder wil ik nog meer onderzoek gedaan hebben, en nog meer geschreven. Mijn grote droom is om een organisatie op te richten die de kinderen uit La Bonga helpt. Ik wil niet alleen schrijven over misstanden, maar ook echt iets veranderen.’

Volg ons op LinkedIn